Palmvrijdag
Het is ergens in 1987 begonnen. Op vrijdag, na afloop van lesuur 8.
Het was een idee van de nieuwe directeur Thea de Rijcke. ‘Niets Bourgondisch is ons vreemd’ was min of meer haar lijfspreuk. Met die opmerking èn het op haar vingers kunnen fluiten had ze toch een bepaald statement gedaan. Ik kan me nog herinneren dat een aantal collega’s dat fluiten maar heel ordinair vond. In de zin van: Dat hoort toch niet!
Ze deed het voorstel om de week met een glaasje af te sluiten. Het bleek een gouden greep. En zo begonnen we met een flesje wijn en een glaasje Palmbier. Dit Belgische bier was op dat moment de Nederlandse markt aan het veroveren. En daarnaast knabbelden we dan een zakje zoute pinda’s op.

We zaten dan altijd aan de tafel die parallel stond met de buffetkast, destijds op maat gemaakt door Jan Elbers. Deze tafel stond bij het raam aan de kant van ‘Zonneland’. De kant van de bejaardenhuisjes zeg maar. De bejaarden, altijd wakend over auto’s van het personeel maar ook als er zich bijzondere zaken voordeden. Het was een tafel voor zes personen. Onder in de buffetkast stond een doos met knabbels. Toen nog een doosje. Tegenwoordig is het een verhuisdoos! Bovenin verzamelden wij allerlei glaswerk, voornamelijk Palmglazen die Ivo dan weer gratis bij het Wijnhuis meegeleverd kreeg. Echter al snel moest er op vrijdagmiddag een tafel aangeschoven worden. Steeds meer collega’s schoven aan. Het bleek een succesformule. Tot de harde kern behoorden Ivo Verhagen, Dick Doezé, Piet van de Rijt, Thea de Rijcke, niet te vergeten Sjaak Cornelissen en ikzelf, Pieter Willems. Ivo nam de taak op zich – hij was dat gewend vanuit de BAD-commissie (buitenschoolse activiteiten dienst) – om voor de drank te zorgen. Ikzelf nam de taak op me om voor de knabbels te zorgen. Er werd ook ‘een pot’ aangelegd. De zon ging immers niet voor niets op. Sjaak Cornelissen deed regelmatig kascontrole en kon mooie stapeltjes met muntstukken maken. Of hij spaarde de kroonkurken om weer met een of andere Palmactie mee te doen. Het is echter nooit iets geworden!

Alle spullen verhuisden in 2000 mee naar de Jozefstraat. Echter, de verhuisdoos met glazen, dobbelspelletjes en diverse cryptogramboekjes is nooit meer teruggevonden. Maar er was nog steeds een Palmvrijdag. De groep groeide. De samenstelling wisselde afhankelijk van de lesroosters die docenten hadden. De harde kern bleef. En op de Jozefstraat werd Pieter Seuren een vertrouwd gezicht en niet te vergeten Michel Buijtenweg. En ook Rob Schellens zat in de groep. Soms ging er bij bepaalde collega’s nog een partijtje badminton aan vooraf.
In 2006 opnieuw een verhuizing. Ik geloof zelfs dat de koeling is mee verhuisd. Maar het Palmbier raakte enigszins uit de mode. Steeds meer regionale merken waaronder de brouwsels uit Arcen en Lieshout. Maar ook gewoon Cola. Doordat collega’s op vrijdag of vrijdagmiddag vrij zijn of juist les hebben tot en met het achtste lesuur wordt het groepje kleiner. Dat was ook een gevolg van het feit dat in 2004, bij de invoering van de kerngroepstructuur, zo’n 20 collega’s naar het HC verhuisden. Het assortiment is met de loop der jaren wel uitgebreid. Met kaas en worst. De laatste jaren fietste ik tweewekelijks op de vrijdagmorgen met een volle tas knabbels naar de school. Of Mieke bracht de boodschappen. Heel vaak vroeg men aan mij waar ik die knabbels bewaarde. Dat kan ik nu gerust onthullen. Alsof het examenstukken waren. In die kast. Voor bijna niemand toegankelijk en dat was maar goed ook.
Maar er zit nog steeds een groepje in de uiterste hoek van de personeelskamer. Een vertrouwd gezicht en er zijn er bij die tot 17.30 uur moeten blijven, zeggen ze.
Ik kan hier een heleboel verhalen en voorvallen opschrijven. Er is veel geëvalueerd. Er zijn diverse ‘bomen’ opgezet hoe de organisatie moest zijn. Hoe de begeleiding van leerlingen het beste tot stand gebracht kon worden. Hoe het beter kon. En soms kregen we bij toeval informatie uit de hoogste hand aangereikt. Maar niettemin het waren zalige middagen voor mij. Geen betere weekafsluiting dan dit. Een ontspannen moment. En er is veel gelachen. Om grappige voorvallen en anekdotes. Situaties werden op viltjes getekend. Schuldbekentenissen in het potje gedaan. Er is 1 anekdote die ik hier graag wereldkundig wil maken. Een soort bekentenis. Een aansporing voor de collega’s die ook zo’n borrelverhaal kennen?
Wieringerwerf

In de Elkervoorde-tijd hebben we diverse ballonnenacties gehad. Ik meen in 1993 bij de onthulling van het pauzeplein en ook b.g.v. het 50-jarig jubileum in 1996. Ik kan me nog herinneren dat we op de dag waarop de ballonnen waren losgelaten, in ons gezelschap het idee lanceerden om eens een geintje uit te halen met die ballonnenactie. We hadden die middag ook al vanuit het raam een overgebleven ballon, voorzien van een lunchpakketje dat was blijven liggen, doen laten opstijgen. Met kaartje. En met succes.
In datzelfde weekend besloot ik een briefkaart naar de organisatie te sturen. Ik had een willekeurige naam bedacht en het adres vermeld in de nabijheid van een collega-auteur van mijn wiskundemethode . Die woonde destijds in het bovenste puntje van de provincie Noord-Holland. Wieringerwerf om precies te zijn. Ik had de briefkaart ergens in de omgeving van Helmond gepost.
Enkele weken later hoorde ik Kees Bouwmans – hij zat destijds in de organisatie ervan – in de nabijheid van lokaal 2 zeggen: ‘Wist je dat die ballonnen nog heel ver terecht zijn gekomen. Ik heb nu een melding van een ballon die gevonden is in Wieringerwerf. Ik wist niet eens waar het lag. En gezien de windrichting is dat toch wel heel bijzonder’. Een en al binnenpret had ik. En vooral omdat hij het verhaal zo serieus en overtuigend bracht. Pas enige tijd later heb ik het voorval gedeeld met mijn ‘Palmgenoten’.Ik moet zeggen dat ik nog enkele weken gevreesd heb dat de betreffende fictieve persoon had gewonnen maar er waren ballonnen die het toch nog verder hadden gebracht. Ik geloof ergens in Duitsland.